Ik vraag me af hoe ervaringen van Kundalini-energie zich verhouden tot Een cursus in wonderen. Ik heb deze ervaringen gehad, en vond dat ze tegengesteld waren aan de richting van de Cursus. Dit leidde me ertoe te geloven dat Kundalini van het ego is.

Antwoord: Een cursus in wonderen zegt ons dat de gehele wereld onjuiste waarneming is (WdII.3.1:1) en werd gemaakt als een aanval op God (WdII.3.2:1). De bron van deze onjuiste waarneming en aanval is het ego. Daarom is alles wat zich in deze wereld lijkt te bevinden op het ego gebaseerd. Dit is inclusief ons lichaam en alles wat het lijkt te denken, voelen en doen.

Dus heb je gelijk dat ervaringen van Kundalini-energie van het ego zijn. Maar dit maakt ze niet verschillend van al het andere dat het lichaam lijkt te doen, zoals ademhalen, eten en slapen. In deze droomwereld die we denken te bewonen is het lichaam het eerste symbool van de egogedachte dat we afgescheiden van God kunnen zijn. Wanneer we naar het ego luisteren symboliseert alles wat het lichaam doet niet alleen de overtuiging van het ego dat we afgescheiden zijn van God, maar bovendien dat we iets méér nodig hebben dan Gods Liefde om ons te ondersteunen. En natuurlijk hebben we vele behoeften als lichaam.

Omdat we er zo volkomen van overtuigd zijn dat we een lichaam zijn, vraagt de Cursus ons niet om enige van onze lichamelijke behoeften te ontkennen. Evenmin wil Jezus dat we ons schuldig voelen over wat ons lichaam doet. Integendeel, hij probeert ons te leren dat we niet naar deze wereld hoeven blijven kijken door de schuldige, angstige en boosaardige ogen van het ego. Hij wil ons laten weten dat we de graaiende, grijpende hand van het ego kunnen loslaten, en ons kunnen wenden tot de Heilige Geest, als onze zachtmoedige innerlijke Leraar.

Wanneer we dat doen, geeft de Heilige Geest alles wat we doen een ander doel. De Cursus verklaart: “Het ego heeft de wereld gemaakt . . . maar de Heilige Geest, die herinterpreteert wat het ego gemaakt heeft, ziet de wereld als een leermiddel om jou thuis te brengen” (T5.III.11:1).

Dus is ons enige taak als Cursusstudent: veranderen van innerlijke leraar. Bij alles wat we denken, zeggen of doen moeten we vragen: Waartoe dient het (T24.VII.6:1). Of, nog preciezer: we moeten beginnen met het uitgangspunt dat alles voortkwam uit het egoverlangen naar aanval en afscheiding, en vervolgens moeten we de Heilige Geest vragen om dat egodoel te veranderen in vergeving en het herinneren van Gods Liefde.

Het lastige deel is dat we, hoewel we er zeker van kunnen zijn dat dit tot een innerlijke omslag zal leiden, we niet kunnen beoordelen hoe dit er van buiten uit moet zien. Met andere woorden: we weten niet wat liefde ons zal ingeven te zeggen of doen. Liefde kan er uitzien als een kundalini-ervaring. Of het kan er uitzien als het loslaten van het streven naar kundalini-ervaringen.

Houd in gedachten dat de Cursus zich niet richt op gedrag omdat vanuit Jezus’ perspectief gedrag volkomen irrelevant is. Hij weet dat gedrag in- en van zichzelf geen betekenis heeft. Daarom hecht hij alleen belang aan de denkgeest, die ons handelen alle betekenis geeft die het voor ons heeft.

Jezus wil ons laten weten dat we zonder de Heilige Geest niet iets kunnen beoordelen wat het lichaam doet, omdat we niet eens weten wat ons hoogste belang is (WdI.24). Wanneer we dit erkennen, openen we de deur voor de Heilige Geest om ons te leiden. Omdat wij de betekenis van alles wat het lichaam doet gekozen hebben, leert Hij ons dat we opnieuw kunnen kiezen. Hij laat ons zien dat alle dingen die we gemaakt hebben om ons in deze wereld geworteld te houden, vreugdevolle herinneringen kunnen worden aan ons ware thuis in de Hemel, wanneer we ons denken veranderen.

Miracles in Contact Facebook Page  Miracles in Contact YouTube Page  Miracles in Contact Instagram Pagina