Ik werk al 10 jaar met Een cursus in wonderen en ik zit vast. In V#655 zeg je dat er niets mis is met proberen om op schuld gebaseerd, verslavend gedrag onder controle te krijgen. Ik heb dit al 30 jaar zonder succes geprobeerd. Mijn klaslokaal is teveel eten en overgewicht. Wanneer ik eet of aan eten denk, of aan beweging, voel ik me schuldig. Ongeacht wat, ik voel me schuldig. Ik wil graag weten waar de Heilige Geest hier in past. Zeg ik gewoon: ’help me hiermee’; moet ik aan Hem denken? Ik weet niet hoe ik Zijn hulp moet rekruteren, daar ik altijd schuldig ben, ongeacht wat ook.
Antwoord: In de kern van het probleem ligt schuld, zoals je zelf beschrijft, niet het eten of het gewicht. Het is niet alleen het probleem, het is het doel. Trachten de vorm te veranderen (zelfs al 30 jaar) zonder de schuld los te laten, is de manier van de denkgeest om van twee walletjes te eten. De ontbrekende schakel in de vergelijking is het verborgen verlangen om aan de schuld vast te houden. In het Tekstboek vertelt Jezus ons dat de eerste blokkade voor vrede: “de wens je ervan te ontdoen” (T19.IV.A) van brandstof wordt voorzien door “de aantrekkingskracht van schuld” (T19.IV.i). Ofschoon het mag lijken dat cake, pasta, of chips de grote aantrekkingskracht zijn, is het in werkelijkheid de aantrekking van schuld, die ogenschijnlijk teweeg wordt gebracht door het eten. Schuld is de voeding van het ego. Dus als de denkgeest het ego als zijn leraar kiest, zal het naar schuld zoeken en het vinden, om zijn geloof in de werkelijkheid van het ego in stand te houden. Daarom is het hebben van overgewicht, gebruikt als klaslokaal, een zeer behulpzaam instrument om in contact te komen met de schuld, die op zijn beurt de verborgen keuze aan het licht brengt die de denkgeest heeft gemaakt: zich identificeren met het ego. Bereidheid om overgewicht en het lichaam op zich (dik of dun) in dit licht te zien, is de eerste stap waarmee de Heilige Geest in beeld komt. Vermagerings-programma’s identificeren de keuze van de denkgeest voor het ego niet als de bron van het probleem. Noch bieden zij een schuld-verminderend dieet om het probleem op te lossen, zoals de Heilige Geest doet.
Het dieet van de Heilige Geest begint met onderscheid maken tussen vorm en inhoud. Daarbij wordt de werkelijke bron van verslaving herkend als de keuze van de denkgeest tussen het ego en de Heilige Geest (inhoud), in plaats van de keuze van het lichaam (vorm) tussen chips of worteltjes. Het doel van de Heilige Geest is ons te leren de bron van het probleem te herkennen, zodat het genezen kan worden. Wanneer het lichaam zegt: ‘ik wil chips’, weerspiegelt het de denkgeest die zegt: ‘ik wil schuld om mijn geloof in afscheiding te voeden’. Alle nare gevoelens die gepaard gaan met eten (of de obsessie met slank zijn), houden de aandacht geconcentreerd op de keuzes die het lichaam maakt. En dit houdt de macht van de denkgeest om te kiezen tussen het ego en de Heilige Geest buiten het bewustzijn. Pogingen om eet-verslavingen op voorwaarden van het lichaam op te lossen zullen mislukken, zoals jouw 30 jaar hebben bewezen. De verslaving is namelijk in de denkgeest die zich wil voeden met schuld. De Heilige Geest om hulp vragen in het ongedaan maken van schuld, betekent allereerst aanvaarden dat dit werkelijk het probleem is, wat niet zo gemakkelijk is als het klinkt. In feite is de reden waarom we zoeken naar oplossingen in het lichaam en in gedrag juist omdat we de identificatie met het lichaam niet los willen laten. Het lichaam kan denken dat het een paar chipjes naar binnen kan smokkelen, die niet te zien zullen zijn op de weegschaal. Maar het weerspiegelt de heimelijke gedachte van de denkgeest dat het weg kan komen met zoeken naar geluk in een slank lichaam zonder dat God het merkt. De waarheid is dat God het niet merkt. Maar de denkgeest zal ongetwijfeld de pijn en de schuld voelen, omdat je van het ego/lichaam vraagt wat het niet geven kan, en omdat je je afkeert van het werkelijke geluk van eenheid met onze Bron.
Teveel eten is gewoon een van de eindeloze vormen die het ego gebruikt om de inhoud te camoufleren, en zijn verhalen van zonde, schuld en angst uit te spelen. Iedere speciale relatie heeft ditzelfde doel. Alles wordt gebruikt als onderwerp voor een speciale relatie. Bovenaan de lijst staat het lichaam met zijn veelheid aan behoeften, en zijn bekronende overwinning – de dood. De dood van het lichaam is het laatste bewijs van het ego dat de afscheiding werkelijk is gebeurd en schuld werkelijkheid is, gerechtvaardigd en onontkoombaar. Als je stevig vasthoudt aan dit geloof, is het niet verwonderlijk dat eten er lekker uitziet. De schuld van identificatie met het lichaam is vreselijk pijnlijk. Jezus legt voor ons de dwaasheid bloot van de aantrekkingskracht van het ego voor pijn en schuld: “Op bevel van angst jaagt het lichaam schuld na, en is het dienstbaar aan zijn meester wiens aantrekking tot schuld de hele illusie van het bestaan daarvan instandhoudt. Dit nu is de aantrekkingskracht van pijn. Door deze waarneming beheerst, wordt het lichaam de dienaar van pijn, zoekt die plichtsgetrouw op, en gehoorzaamt aan het idee dat pijn genot is. Het is dit idee dat ten grondslag ligt aan heel de zware investering die het ego in het lichaam doet. En het is deze krankzinnige relatie die het verborgen houdt, maar waar het zich desondanks mee voedt. Jou leert het dat lichamelijk genot geluk betekent. Maar tegen zichzelf fluistert het: ‘Het is de dood’.” (T19.IV.B.13:2-8).
Afslank-programma’s vragen hun klanten meestal om aandacht te besteden aan de eet-gewoonten zodat ze veranderd kunnen worden. Zo vraagt de Heilige Geest ons het denksysteem te herkennen dat de denkgeest gekozen heeft, met zijn verwoestende gevolgen zodat er een andere keuze gemaakt kan worden. Zijn oplossing voor het overgewicht van het lichaam is het ongedaan maken van het geloof in de schuld die de denkgeest bevroren houdt in z’n foutieve keuze. Zijn leerplan biedt bevrijding van schuld en een nieuwe waarneming van het lichaam, of z’n vorm nu dik of dun is: “ ….. de realiteit van schuld is de illusie die hem (het lichaam) zwaar, ondoorzichtig en ondoordringbaar lijkt te maken, en een reëel fundament voor het denksysteem van het ego. Zijn ijlheid en doorzichtigheid zijn niet duidelijk tot je het licht erachter ziet. En dan zie je dat hij een tere sluier is voor het licht” (T18.IX.5:2-4, cursief toegevoegd). Hierin ligt de werkelijke slankheid die we allemaal zoeken.