We hebben recent verscheidene vragen ontvangen over de film: ‘The Passion of the Christ’ en het onderwerp de kruisiging en Een cursus in wonderen. We zullen al deze vragen in een enkel antwoord aan de orde stellen.
i. De film ‘The Passion of the Christ’, heeft veel aandacht gekregen. Kun je de zienswijze van de Cursus op de kruisiging bespreken en hoe deze verschilt van de zienswijze die traditionele Christenen eropna houden?
ii. Mel Gibsons film ‘The Passion of the Christ’ heeft heel wat beroering teweeg gebracht. Wat zegt de Cursus over het thema van de film dat Jezus kwam om Gods liefde te bewijzen. Moest hij voor dat bewijs sterven of is dat alleen maar een handige truc die de Christelijke kerk ontwikkeld heeft om een geloof in schuld en afscheiding te laten voortduren?
iii. Hoe beoordeel je Mel Gibsons film ‘The Passion of the Christ’ in het licht van het onderricht van de Cursus?
iv. Een vraag over de kruisiging die al heel lang door mijn hoofd speelt: Waarom koos Jezus de kruisiging als leermiddel? In T6.I.9:1, lezen we: “Ik heb er omwille van jou en mij voor gekozen te laten zien dat de meest buitensporige gewelddaad, zoals het ego dat ziet, niets te betekenen heeft” – wat betekent dat Jezus zijn eigen kruisiging geënsceneerd heeft.
Dan lees ik in de Uittreksel Serie, in Deel VIII van ‘Jezus: The Manifestation of the Holy Spirit’, op http://www.facim.org: ‘Voor Jezus diende zijn kruisiging een doel van liefde. Voor de meesten van ons zou gekruisigd worden geen doel van liefde dienen. Maar we kunnen niet oordelen naar de vorm. De vorm van wat er op het einde van zijn leven met Jezus gebeurde was niet liefdevol of veilig – het was moordzuchtig. Maar omdat er in zijn denkgeest een gedachte van liefde was – en alleen een gedachte van liefde – was zijn kruisiging vanuit zijn gezichtspunt een daad van liefde, ofschoon niet vanuit het gezichtspunt van iemand die zijn denksysteem niet deelde.’
Daar bijna niemand die bij de kruisiging aanwezig was – of er later over hoorde – zonder ego was/is, lijkt het alsof ze het gebeuren niet anders dan als een ramp konden zien. Want wie wil een liefdevol leven leiden om te worden gevangen genomen en gedood, zoals Jezus? Hoe kon Jezus verwachten dat mensen de kruisiging niet naar de vorm zouden beoordelen, wanneer wij in het dagelijkse leven alleen maar naar de vorm oordelen? Daarom lijkt het me haast dat de kruisiging niets anders dan angst en verbijstering kon veroorzaken, ook omdat een heilige man zo veel mensen zijn kruisiging liet zien en zo weinig zijn herverschijning na zijn ‘dood’ en zijn daarop volgende hemelvaart. Ik weet dat ik ergens fout zit, maar ik heb het gevoel dat mijn redenering vrij logisch is. Help me alsjeblieft dit uit te zoeken. Bedankt.
Antwoord: Los van de kwestie of de kruisiging inderdaad een historisch feit is, kunnen we heel duidelijk een van de fundamentele verschillen zien tussen de Cursus en het traditionele Christendom door hun zienswijzen over de betekenis en het belang van de kruisiging tegenover elkaar te zetten. Het Christendom – en een groot deel van de wereld – beweert dat onbaatzuchtige liefde gedemonstreerd wordt door opoffering, en dat er geen grotere liefde is dan je leven geven voor je vrienden (Johannes 15:13). Volgens de Christelijke theologie gaf Jezus, hoewel hij totaal zondeloos en onschuldig was en geen enkele veroordeling verdiende, zijn leven voor al zijn broeders en zusters (mits ze zijn offer ten behoeve van hem willen aanvaarden). Daarom wordt, volgens die zienswijze, de kruisiging de grootste demonstratie van liefde die de wereld ooit gezien heeft. Volgens deze lijn van denken benadrukt de recente film hoe groot Jezus’ lijden en pijn en vernedering ten behoeve van ons moeten zijn geweest, en dit is verder bewijs van hoeveel hij en zijn Vader wel van ons moeten houden. Zijn Vaders Liefde wordt gedemonstreerd in Zijn bereidheid Zijn enige Zoon op te offeren, opdat onze zonden vergeven kunnen worden. In het algemeen wordt de aanname achter het geloof dat God de Vader Degene is Die de voorwaarden bepaalt voor zo’n opoffering van Zijn enige Zoon weinig in twijfel getrokken: dat onze zonden zo afschuwelijk zijn, dat God alleen kan worden verzoend door het Volmaakte Offer van Zijn Volmaakte Zoon.
Daartegenover beweert de Cursus: “Offeren is zo wezenlijk voor jouw denksysteem dat verlossing zonder offer geen betekenis voor je heeft. Je verwarring van offer en liefde is zo diep geworteld, dat jij je geen liefde zonder offer kunt voorstellen. En juist hiernaar moet je kijken: een offer is een aanval, en geen liefde” (T15.X.5:7-9). De tegenstelling is haast verbijsterend. Eerder, in de paragraaf “Verzoening zonder offer”, legt Jezus uit: “Offeren is een begrip dat God totaal onbekend is. Het komt uitsluitend voor uit angst, en angstige mensen kunnen kwaadaardig zijn. Elke vorm van offeren is een schending van mijn gebod dat je barmhartig moet zijn gelijk jouw Vader in de Hemel barmhartig is. (T3.I.4:1-3).
Dus hoe zit het met de onbaatzuchtige liefde die bereid is het zelf op te offeren? Dit is een van de slimste trucs van het ego, want zijn ‘onbaatzuchtige liefde’ verheerlijkt het zelf dat is opgeofferd en vernietigd door de dood. De Cursus daarentegen, onderwijst dat echte belangeloze liefde niet voortkomt uit de ontkenning van het zelf – wat zeer handig het valse zelf tot werkelijkheid maakt – maar uit de ontkenning van het geloof in het zelf. Dat laatste is een uiting van het Verzoeningsprincipe van de Cursus, namelijk dat de afscheiding nooit heeft plaatsgevonden. En dit soort onbaatzuchtigheid kan het ego niet verdragen.
De kwestie van de historische aard van de kruisiging blijkt uiteindelijk, vanuit het perspectief van de Cursus, een afleidingsmanoeuvre te zijn. Het is belangrijk te onderkennen dat het verhaal een belangrijk onderdeel is van de mythe van het ego, wat ons geloof in zonde, schuld en angst bestendigt. Jezus geeft ons in de Cursus simpelweg een alternatieve manier om te kijken naar het grimmige verhaal dat we al eeuwenlang als waarheid hebben aanvaard: onze schuld is werkelijk en God verlangt offers. Jezus biedt ons een “positieve interpretatie van de kruisiging die volkomen vrij is van angst, en daarom volkomen heilzaam” (T6.I.1:5). Zijn dood heeft niets te maken met de verzoening voor zonden. Zij is louter een “extreem voorbeeld” (T6.I.2:1) van de fundamentele leer van de Cursus dat vervolging niet werkelijk is en dat niemand slachtoffer kan zijn, wat de traditionele Christelijke interpretatie volkomen op zijn kop zet! We kunnen alleen in vervolging en aanval geloven als we onszelf met het lichaam gelijkstellen – en Jezus maakt duidelijk dat hij dat niet deed (T6.I.4).
Dus, zelfs als er binnen de droom een fysieke kruisiging was geweest, dan was het deel van onze droom geweest, niet van Jezus’ droom, omdat hij wist dat hij niet de droomfiguur was zoals iedereen hem zag. Het schrijven van het draaiboek van de gebeurtenissen die zich in de wereld leken af te spelen is afkomstig van het collectieve ego. Maar de alternatieve interpretatie van de betekenis van die gebeurtenissen komt voort uit de denkgeest die zich verenigt met de Heilige Geest, welke Jezus vertegenwoordigt. De gebeurtenissen op zichzelf zijn altijd slechts neutrale symbolen, die ofwel staan voor de projectie van schuld van het ego, of voor de uitbreiding van liefde van de Heilige Geest. De keuze tussen die twee is de enige keuze die Jezus ons tracht te leren over de kruisiging. Welke interpretatie we kiezen bepaalt of we onszelf blijven zien als gekruisigd symbool van de schuld van onze broeders, of als iemand die hun onschuld en die van onszelf zachtjes in herinnering brengt (T27.I).
Voor een nuttige aanvullende bespreking over de aard en werkelijkheid van Jezus zie V#473(i) en V#473(ii) , en specifiek over de kruisiging zie V#219 en V#220 .