Wat is de Wil van God precies, en is de reden dat we niet krijgen wat we willen omdat het tegen Zijn Wil is?
Antwoord: Zoals gedefinieerd in de Glossary-index van Kenneth Wapnick, is de Wil van God “de uitdrukking van Gods wezen” (p.222). Omdat de Zoon met de Vader verenigd is, deelt het Zoonschap één Wil met God. In werkelijkheid is er geen tegenovergestelde van de Wil van God, omdat de Zoon niet van de Vader gescheiden kan worden. Echter, in onze denkbeeldige ervaring van afgescheidenheid hebben we een ogenschijnlijk afzonderlijke wil verzonnen die een ontelbaar aantal dingen wil, die allemaal enkel de keuze om afgescheiden te zijn weerspiegelen. Wanneer we ons met het ego vereenzelvigen door voor afscheiding te kiezen, krijgen we wat we willen; te weten, afscheiding. Deze keuze ligt achter alle speciale relaties met mensen, dingen en ervaringen, die we als surrogaten voor God zoeken: “Iedere speciale relatie die jij hebt gemaakt, is een surrogaat voor Gods Wil, en verheerlijkt de jouwe in plaats van de Zijne op grond van de illusie dat ze van elkaar verschillen.” (T17.IV.2:7)
In Een cursus in wonderen vertelt Jezus ons dat we niet werkelijk weten wat we willen, en dat wat we denken te willen ons geen vrede of geluk brengt: “Vraag dan ook niet aan jezelf wat jij nodig hebt, want dat weet je niet, en eigenraad doet pijn. Want wat jij nodig meent te hebben zal alleen dienen om jouw wereld af te schermen tegen het licht, en jou onwillig maken om de waarde die deze wereld werkelijk voor je bevatten kan in twijfel te trekken.” (T13.VII.11:5-6)
Deze wereld bezit geen waarde, en alles dat we erin zoeken bezorgt ons pijn. Juist het verlangen naar dingen in deze wereld op zichzelf bezorgt ons pijn, omdat zoals je zei, we vaak niet krijgen wat we denken te willen. We blijven dan zitten met gevoelens van achterstelling, frustratie, wrok, jaloezie, etc. Nog belangrijker, het verlangen naar surrogaten voor God resulteert in schuld, die we dan op Hem projecteren; waarbij we het feit dat we niet kregen wat we wilden interpreteren als straf voor de keuze ons niet met de Wil van God te identificeren. “De projectie van het ego doet het voorkomen alsof Gods Wil buiten jezelf ligt, en bijgevolg niet de jouwe is. In deze interpretatie lijkt het mogelijk dat Gods Wil en die van jou met elkaar in conflict zijn. Zo kan het lijken of God iets van je eist wat jij niet wilt geven, en jou aldus berooft van wat jij wilt.” (T11.I.9:1-3)
Het is erg belangrijk te onderkennen dat de keuze onszelf van Gods Wil af te zonderen, aldus onze ware identiteit ontkennend, de bron van alle pijn is. De leegheid die door deze ontkenning wordt veroorzaakt, drijft ons ertoe te pogen de leemte te vullen met dingen waarvan wij denken dat die ons gelukkig zullen maken. Dat zullen ze niet. We zullen alleen vrede en geluk vinden wanneer we die ene Wil aanvaarden die we delen met God. “Er is geen vrede dan de vrede van God, omdat Hij één Zoon heeft die geen wereld kan maken tegengesteld aan Gods Wil en aan die van hemzelf, die dezelfde is als de Zijne.” (WdI.200.7:1)