Gedurende vele jaren heb ik elke denkbare methode uitgeprobeerd om van mijn rookverslaving af te komen. Na mijn laatste mislukte poging besloot ik dat ik mijzelf nooit meer zou onderwerpen aan de verdere beproeving om te stoppen, en te berusten in het feit dat ik voor de rest van mijn leven een roker ben. Op een ochtend werd ik wakker op de gebruikelijke tijd, maar ik deed mijn ogen niet open. Iets was totaal anders. Ik voelde me alsof ik in de hemel was. Ik ervoer een vrede en kalmte als nooit tevoren en ik dacht dat ik dood was. Het was alsof het ego van me weggenomen was: ik was niets maar ik was alles. Toen ik mijn ogen opende zag alles er anders uit: heel pril en helder maar toch zacht om te zien. Niets leek fysiek werkelijk. Ik hunkerde nergens naar, had geen behoeften en dacht niet aan een sigaret. Na een tijdje verdween de vrede toen ik weer terugkwam in de egostaat, maar ik heb nog steeds geen behoefte aan sigaretten. Nu geloof ik dat een kracht, groter dan mijn ego, mij werkelijk bevrijd heeft van het roken terwijl ik sliep. Zou je het onderwijs van Een cursus in wonderen willen toepassen op dit wonder dat mij overkomen is?
Antwoord: Het lijkt in strijd met jouw ervaring, maar de Cursus schrijft geen goddelijke interventie toe aan een gebeurtenis zoals jij hebt beschreven. De metafysica van de Cursus maakt duidelijk dat God niets van doen heeft met de wereld (T.11.VII.1, W.dI.166.2; V.4.1) - onze eigen denkgeest bepaalt de vorm van onze ervaringen (WdII.325.1:1-4). Dat neemt niet weg dat jouw ervaring - een zeer krachtige voor jou - een weerspiegeling kan zijn van de Liefde van God voor jou. Maar desondanks is het je eigen denkgeest die gezorgd heeft voor de gebeurtenissen die je ervaren hebt, inclusief het loslaten van de nicotineverslaving - net zoals je denkgeest de gebeurtenissen in je dromen 's nachts bepaalt.
Op een niveau waar je je niet bewust van bent, nam je denkgeest de beslissing om vrede te aanvaarden in plaats van conflict. Je bewuste keuze om te stoppen met vechten tegen je verslaving kan deel uitmaken van deze verschuiving. En jouw ervaring van egoloosheid toen je wakker werd wijst erop dat je jezelf toestond om in een staat te zijn die voldoende vrij was van angst om je denkgeest te openen voor de ervaring van symbolen van de niet-fysieke aard en van de eenheidsaard van de denkgeest, en van de illusoire aard van de wereld en het lichaam. En dat zijn fundamentele leringen van de Cursus. In deze staat zonder angst bestaan geen persoonlijke behoeften (T28.I.3:2). Dat je dit inzicht overgedragen hebt naar je dagelijks leven in relatie tot sigaretten betekent simpelweg dat je de verdediging tegen liefde, die door de nicotine werd vertegenwoordigd, niet langer nodig hebt. En nicotine is er één uit het grote scala van egosubstituten voor liefde (T16.V.12). Want het is de beslissing van de denkgeest die een verslaving aan een bepaalde vorm bepaalt, en daarom is het óók een beslissing van de denkgeest om die speciale verslaving los te laten. Wanneer tenslotte al onze angst en schuld verdwenen zijn zullen we geen egosubstituten meer nodig hebben voor de liefde die we in werkelijkheid zoeken. Jouw ervaring heeft je voorzien van een behulpzame glimp van waar de Cursus ons naar toe leidt, en waarnaar we allen op weg zijn.