Mijn vraag gaat over de verschijning van engelen in de wereld. Een vriend van me weet dat hij een engel is, maar hij heeft moeite om de bijzonderheden van zo’n verschijning in de droom te begrijpen. Denkt hij terecht dat hij gewoonweg een manifestatie van de Heilige Geest is (dat wil zeggen: de herinnering of gedachte van de Eenheid van Christus met God), net zoals andere verlichte wezens die zich manifesteren?
Antwoord: Wanneer Jezus in Een cursus in wonderen over engelen spreekt, verwijst hij altijd naar de liefdevolle gedachten van God in ons innerlijk, niet naar uiterlijke wezens. Hij gebruikt een term die een gevoel van troost en bescherming oproept, maar hij bedoelt er niet mee dat er daadwerkelijk spirituele wezens zijn die engelen worden genoemd, zoals dat in sommige religies wordt onderwezen. Het zijn symbolen die gedachten in onze denkgeest voorstellen (zie V#036 en V#413 b).
Vanuit het standpunt van de Cursus, zijn er geen ‘formaliteiten’ waar een verlicht wezen mee te maken zou hebben. Die genezen denkgeest is volledig in vrede en weet dat er ‘daarbuiten’ geen wereld is – maar alleen andere denkgeesten die geloven dat ze als lichaam in een staat van afgescheidenheid van God bestaan en gevangen zitten in een systeem van verdedigingen om hun afscheiding van God en van elkaar te beschermen, en om de verantwoordelijkheid voor deze afscheiding op anderen te projecteren. Als manifestatie van de Heilige Geest symboliseert Jezus voor ons de waarheid in een vorm waar we mee om kunnen gaan. Hij spiegelt eenvoudig naar ons terug wat in ons innerlijk is: de waarheid dat niets ooit werkelijk de Liefde van God waarin we geschapen zijn en voor eeuwig blijven, kan beïnvloeden.