Een cursus in wonderen zegt dat het een universele ervaring is; toch is ze op het christendom gebaseerd. Hoe vertel ik de leiders van mijn kerk dat de Cursus met het christendom en ook met andere godsdiensten werkt? Vinden mensen van andere godsdiensten en geloofsovertuigingen de Cursus gefundeerd? Hoe brengen zij die in overeenstemming met hun denken? Hoe leggen zij dat uit aan hun kerkleiders?
Antwoord: Laten we, om op je vragen te antwoorden, eerst eens naar de passage kijken waarover jij opheldering vraagt. Want je hebt een aantal conclusies getrokken die niet noodzakelijk voortvloeien uit de uitspraken van Jezus: “Theologische overwegingen als zodanig zijn per definitie controversieel, aangezien ze op geloof berusten en daarom aanvaard of verworpen kunnen worden. Een universele theologie is onmogelijk, maar een universele ervaring is niet alleen mogelijk, maar zelfs noodzakelijk. Het is deze ervaring waarop de cursus aanstuurt. Alleen hier is consistentie mogelijk, want alleen hier komt aan onzekerheid een eind” (VvT.In.2:4-7).
Met andere woorden: Jezus zegt hier dat de verschillende religieuze en spirituele leringen op een theologisch niveau nooit overeen zullen komen, want ze gebruiken allemaal begrippen en symbolen die eigen zijn aan de culturele en historische context die zij gebruiken om het wezen van God en onze relatie tot Hem uit te leggen, en geloof is de basis om de verschillende leringen te aanvaarden of te verwerpen. Maar wat alle oprechte spirituele en religieuze leringen gemeen hebben, is dat ze naar een ervaring van eenheid en liefde leiden, en die is universeel, want zo’n ervaring is niet afhankelijk van symbolen of woorden, en overstijgt in feite alles wat specifiek is. Bijna alle belangrijke wereldgodsdiensten hebben hun mystici, en als je voorbijgaat aan de specifieke woorden die voortkomen uit hun eigen religieuze en theologische achtergrond wanneer ze hun mystieke ervaringen proberen te beschrijven, zul je merken dat iedere mysticus, ongeacht zijn specifieke religieuze pad of godsdienst, dezelfde universele ervaring deelt.
De Cursus gebruikt weliswaar christelijke terminologie maar niet op dezelfde manier als in het traditionele christendom. Hij gebruikt ze in feite dikwijls met de bedoeling de vergissingen te corrigeren die vanuit het perspectief van de Cursus in het christendom zijn gemaakt. En dus zijn er belangrijke theologische verschillen tussen de Cursus en al die verschillende christelijke groeperingen, die het in feite niet met elkaar eens zijn. Elke poging om de verschillen tussen de Cursus en het traditionele christendom met elkaar te verenigen, zijn waarschijnlijk gedoemd te mislukken (zie voor een uitgebreide bespreking van een groot aantal van deze theologische verschillen het boek A Course in Miracles and Christianity: A Dialogue (Een cursus in wonderen en het christendom: een dialoog), geschreven door Kenneth Wapnick, samen met een Jezuïtische priester en Bijbelgeleerde, Pater Norris Clarke).
Laten we met dit in gedachten terugkeren naar je vraag. Ten eerste beweert de Cursus niet dat hij een universele ervaring is, maar slechts één van de vele paden (zie H1:3,4 voor een bespreking van het standpunt van de Cursus hierover) die naar die ervaring leiden. Het is niet de bedoeling dat hij geïntegreerd wordt met andere godsdiensten of spirituele paden, maar is een zelfstandige spirituele lering voor zelfstudie die studenten ervan helpt in contact te komen met hun eigen Innerlijke Leraar om de leraar te vervangen die ze zelf hebben gemaakt (het ego). Hoewel het zeker mogelijk is de Cursus te beoefenen terwijl je een trouwe aanhanger blijft van een bepaalde godsdienst, zal het steeds moeilijker worden trouw te blijven aan de stellingen van die godsdienst wanneer de principes van de Cursus meer deel beginnen uit te maken van je oefeningen en ervaringen. Want de theologie van de Cursus verschilt veel van praktisch elke andere wereldgodsdienst, met inbegrip en in het bijzonder van het christendom.
Aangezien de Cursus maar voor één persoon is bestemd – de individuele student die hem bestudeert en beoefent – en niet bedoeld is om de basis te vormen van een massabeweging of een nieuwe godsdienst in de wereld, moet je je helemaal geen zorgen maken over hoe je dit met kerkleiders moet delen. Ook al kun je soms geneigd zijn aspecten van je pad met een kerkleider te delen, dan moet je niet verbaasd zijn dat ze dikwijls niet ontvankelijk zijn voor zijn boodschap, aangezien hij zoveel dingen zegt die verschillend zijn van het traditionele christendom (bijvoorbeeld: zonde is niet werkelijk, God heeft de wereld niet geschapen, en Jezus is God niet, noch onze persoonlijke verlosser die voor onze zonden gestorven is!). Als Cursusstudent zou je opgelucht moeten zijn te weten dat je niemand anders informatie moet geven of moet overtuigen. En vanuit een metafysisch standpunt bedoelt de Cursus dat heel letterlijk – er is niemand anders – nog een beduidend verschil tussen het christendom en de meeste andere wereldgodsdiensten!