“Je ego probeert jou ervan te overtuigen dat het werkelijkheid is en ik dat niet ben, want als ik werkelijk ben, ben jij dat niet minder” (T4.IV.10:8). Kun je deze zin toelichten? Ik ben erdoor in de war gebracht. Ik weet niet zeker wat Jezus hier wil zeggen.
Antwoord: Deze uitspraak bestaat uit twee delen. Het eerste deel – “Je ego probeert jou ervan te overtuigen dat het werkelijkheid is en ik dat niet ben” – is wat we van het ego kunnen verwachten: dat het ons ervan probeert te overtuigen dat de afscheiding, waar het ego symbool voor staat, werkelijkheid is, en het één-zijn, waar Jezus symbool voor staat, dat niet is. Het doel van Een cursus in wonderen is ons ertoe te brengen de Verzoening voor onszelf te aanvaarden, wat betekent dat we tot het inzicht komen dat de afscheiding nooit heeft plaatsgevonden. Als Jezus, als het symbool van het één-zijn, dus werkelijk is, dan is het ego dat niet. Aangezien het enige doel van het ego zelfbehoud is, ongeacht de waarheid, moet het zich zoveel mogelijk inspannen om ons ervan te overtuigen dat de Jezus van de Cursus niet werkelijk is.
Het tweede deel van de uitspraak – “want als ik werkelijk ben, ben jij dat niet minder” – is een andere manier om te zeggen dat als Jezus werkelijk is, wij dat allemaal ook zijn, en uiteindelijk zijn we allemaal één. Het ego dat geconfronteerd wordt met de werkelijkheid van Jezus, kan alleen maar hopen dat het ons ervan kan overtuigen dat Jezus heel anders is dan wij – Gods enige Zoon, goddelijk, onschuldig, terwijl wij schuldig zijn, en dat hij de hele eeuwigheid door al bestond, voordat wij bestonden. Als de Jezus van wie het ego wil dat wij hem omarmen werkelijk zou zijn, dan kan het ego in bedrijf blijven, want dan is de afscheiding bevestigd. Dat heeft het Christendom met Jezus als centrale figuur, door de eeuwen heen zo populair gemaakt – ze bevestigen de werkelijkheid van de afscheiding en verschillen en zonde, evenals aanval en slachtofferschap.
Maar de boodschap van de Cursus is dat we allemaal hetzelfde zijn, omdat we allemaal één zijn. Er zijn geen verschillen van enige betekenis. Als de Jezus die is zoals wij werkelijk is en bestaat, dan heeft het ego en al zijn vermeende verschillen geen betekenis. En zonde en schuld zijn niets meer dan hersenschimmen zonder effect. Voor het ego is dit alles godslasterlijk.