Mijn echtgenote, van wie ik zielsveel houd, is een zorgzame en tedere vrouw. Ik geniet ervan dat ze mij bemoedert en ze geeft me het gevoel veilig en geliefd te zijn. Ik weet dat Jezus zegt dat hij onze speciale relaties niet van ons afneemt, maar ze wil transformeren. Maar zijn sommige speciale relaties slechter dan andere? Zijn speciale behoeften iets anders dan speciale relaties, en mogen we ze hebben? Volgens mij heeft iedereen speciale behoeften. We geven en nemen, en hoewel onze innerlijke vrede niet afhangt van de vervulling van deze behoeften, hebben we mensen nodig die ons niet kwetsen.
Hoe kan ik de angst kwijtraken dat mijn relatie met mijn vrouw op de een of andere manier verkeerd is? Hoe zal onze relatie eruit zien als ze getransformeerd is? Ik ben doodsbenauwd om dit probleem aan jou voor te leggen en mezelf kwetsbaar op te stellen ten opzichte van de oordelen die je wellicht hebt.
Antwoord: Het is niet de bedoeling van Een cursus in wonderen, noch de onze in deze Vraag-en-antwoordservice, om iemand te veroordelen vanwege een speciale relatie. Het is bijna onmogelijk om geen speciale relaties te hebben. Zoals je zegt hebben we allemaal behoeften en zoeken we allemaal andere mensen die deze behoeften moeten vervullen en ons niet kwetsen. Wat Jezus ons leert is dat deze relaties gebaseerd zijn op een verborgen overtuiging, die we aan het licht moeten brengen en onderzoeken, namelijk dat we incompleet zijn en dat dit niet onze schuld is. Dit is een misleiding van het ego, en we zien niet dat we onszelf benadelen in plaats van helpen door troost en aanvulling buiten onszelf te zoeken. We beseffen niet dat dit de manier van het ego is om zijn eigen bestaan te verzekeren.
Jezus wil dat we inzien hoezeer we onszelf tekort doen wanneer we betrokken raken in wat hij beschrijft als “een eindeloze keten van speciale relaties, die niet lonen” (T15.VII.4:6). Zeker, we kunnen troost en veiligheid vinden in een relatie – dat is niet verkeerd en er wordt niet van ons gevraagd dat op te geven – maar deze veiligheid en troost zijn altijd tijdelijk, beperkt en fragiel. Alles kan op elk moment veranderen, en dan zijn we weer terug bij af en vragen ons af wat ons te doen staat om onze behoeften opnieuw vervuld te krijgen.
Jezus leert ons dat er een veel betere manier is om met anderen om te gaan, een manier die ons niet teleur zal stellen, omdat ze duurzame vrede en geluk brengt in ons bewustzijn. Die betere manier is het veranderen van het doel dat het ego heeft met een relatie in het doel dat de Heilige Geest daarmee heeft, in het vertrouwen dat we ons veel beter zullen voelen als we dat doen.
Het gaat er dus niet om jou te laten zien dat de relatie met je vrouw verkeerd is, maar om het doel van deze relatie te veranderen, zodat je weer in contact kunt komen met de liefde in je denkgeest die je ware Identiteit is, evenals die van je vrouw. Een getransformeerde relatie betekent dat je gericht bent op het ervaren van Jezus’ liefde en daarom geen behoeften meer hebt die een ander moet vervullen. Een heilige relatie is een kwestie van inhoud, een keuze die je maakt in je denkgeest. Het gaat niet om een gedragsverandering. Relaties bevinden zich uitsluitend in de denkgeest, en het aanvaarden van het doel van de Heilige Geest voor een relatie hoeft niet te betekenen dat er uiterlijk iets verandert. Het is een innerlijke verandering waardoor ook je houding verandert. Je wordt vriendelijker en liefdevoller, minder oordelend, minder behoeftig, minder schuldig en minder angstig. Je beseft dat het niet gaat om lichamen die samen iets doen, maar om denkgeesten die dezelfde belangen en uiteindelijk dezelfde identiteit delen, zowel in de illusie als in de werkelijkheid als Gods onschuldige, onkwetsbare Zoon. Het gevoel van afgescheidenheid tussen jou en je partner wordt geleidelijk aan steeds kleiner, terwijl het gevoel van gelijkheid steeds groter wordt.
Het is niet gemakkelijk om naar een speciale relatie te kijken, omdat ze geworteld is in zelfmisleiding, en vooral omdat ze bedoeld is als een surrogaat voor Gods Liefde (T17.IV.2:7). In onze denkgeest liggen hier een intense schuld en angst over begraven. Daarom is het nodig om op onze schreden terug te keren en voorbij het ego naar de liefde te gaan. Jezus garandeert ons dat we hierin zullen slagen. Hij zet ons nooit onder druk, maar vraagt alleen een beetje bereidwilligheid om onze overtuigingen en waarden te onderzoeken. Zijn ondersteunende aanwezigheid leidt ons door elke stap van het proces heen. “De Verzoening is zo zachtmoedig dat je haar maar hoeft toe te fluisteren, en al haar macht zal jou ter hulp en ondersteuning toesnellen. Jij bent niet broos met God aan je zijde” (T14.IX.3:2-3).