Als – zoals Een cursus in wonderen beweert – het denken voorafgaat aan een emotie zoals woede, hoe zit het dan met mensen die epilepsie hebben of het syndroom van Gilles de la Tourette? Deze mensen lijken woede-aanvallen te hebben zonder voorafgaande gedachte, dat wil zeggen dat de reactie bij hen eerder fysiologisch dan psychologisch lijkt.
Antwoord: Denken zoals de Cursus dat bedoelt, is altijd een functie van een denkgeest die zich buiten tijd en ruimte bevindt. Het lichaam, dat uit zowel fysiologische als psychologische dimensies bestaat, is een projectie van deze denkgeest. Alle fysieke en psychologische condities zijn dan ook het gevolg van een keuze die de denkgeest heeft gemaakt. De denkgeest in de Cursus is niet het brein, en evenmin de menselijke geest zoals theoretici dat gewoonlijk bedoelen.
In een paragraaf van het Handboek over ziekte en genezing, leert Jezus ons dat ziekte “een verkeerde aanpak is om problemen op te lossen” en als zodanig een beslissing, genomen in iemands denkgeest. Hij gaat verder: “De weerstand om dit te erkennen is enorm, omdat het bestaan van de wereld zoals jij die waarneemt, afhangt van het lichaam als keuzemaker. Termen als ‘instincten’, ‘reflexen’ en dergelijke, zijn pogingen om aan het lichaam niet-mentale prikkels toe te kennen. Zulke termen doen in feite niets meer dan het probleem vaststellen of omschrijven. Ze lossen het niet op” (H5.II.1:5, 7-10).
Wanneer de Cursus over woede spreekt, dan gaat het meestal niet over een epilepsie-aanval of het syndroom van Tourette. Maar die fysiologische condities op zichzelf zijn het resultaat van een keuze gemaakt in de denkgeest. Dat geldt voor elke ziekte of handicap: “Ziekte is woede afgereageerd op het lichaam, zodat het pijn zal lijden” (T28.VI.5:1). “Ziekte is een verdediging tegen de waarheid” (WdI.136). Hoe moeilijk dit ook te aanvaarden is, het is een bron van oprechte hoop. Want met de hulp van Jezus of de Heilige Geest kunnen we kijken naar de pijn in onze denkgeest, waar alle lichamelijke toestanden uit voortkomen als onhandige pogingen om ons tegen die enorme pijn te verdedigen. Wanneer we eenmaal weer in contact zijn met het vermogen in onze denkgeest om beslissingen te nemen, kunnen we de keuze maken die de eeuwige liefde en vrede waarin wij geschapen werden, weer tot ons bewustzijn terugbrengt.